Hooggeplaatste Personen Hebben het Cassette Incident Gebruikt voor Chantage
Is er sprake van zelfkritiek wat betreft het ‘Cassette incident’ dat in juni 1999 begon?
Het Cassette Incident begon niet in juni. Al voor juni waren er mensen die het, beetje bij beetje, naar buiten brachten. Er zat meer achter. We hadden ervaren waar sommige mensen toe in staat waren. Iemand had daarvoor een nieuwsitem gepubliceerd over de groepmarketing in die business, en degenen die op televisie verschenen verzamelden de cassettes op een plek die zelfs bij de 'Security' bekend was, en monteerden ze. Ik kon er echter niets aan veranderen. Er zaten enkele sterke mensen bij waarop wij geen grip konden krijgen. Ze waren vastbesloten om te doen wat ze van plan waren. Bovendien wilden ze één van onze vrienden chanteren, een kleermaker. Ik woonde destijds in Istanbul. De kleermaker kwam naar me toe en zei: "Ze zeggen van alles, maar als ik ze aangeef dan ontslaan ze me." Er was veel sprake van afpersing bij het Incident. Dit was al veel eerder begonnen. Ze kozen bepaalde uitspraken van cassettes en monteerden deze aan elkaar. Als mensen onder elkaar kun je probleemloos over dingen praten, zelfs tijdens dit interview. Er kunnen dingen tussenzitten waar we hoogdravend over praten. Ik moet bekennen dat ik me schaam voor de uitspraken die ik heb gedaan die totaal niet passen bij mijn stijl.
Gaat dat over de uitspraken op deze cassette?
Ja. Ik vermoed dat er zich onder mijn vrienden mensen hebben bevonden met duistere gedachten, en hier ook naar gehandeld hebben, en dit incident enorm hebben opgeblazen. Dit zal nu ongetwijfeld nog gebeuren. Dit soort mensen loopt altijd rond, dus het is mogelijk. Ik vermoed dat ze naar onze groepsgesprekken kwamen; deze waren voor iedereen vrij toegankelijk. Van mensen uit Yesilcam (het Hollywood van Turkije) tot mensen uit de muziekwereld, en theologen; iedereen kwam opeens. Iedereen wilde een vraag stellen. Ik zag er ook mensen van de Nationale Beweging, en zelfs mensen die werden gezocht door de politie. Zij zeiden: "Misschien worden we opgepakt. We hebben naar uw preek geluisterd. We willen ons leven beteren.” Er kwamen ook staatsdienaren. Ze klaagden over de druk waaraan ze onderhevig waren. Ik zei: “Houd je gevoelens verborgen voor je superieuren.” Waarmee ik wil aangeven dat ik niet persé zei wat ze wilden horen. Ik probeerde, zo goed als ik kon, een oplossing aan te dragen voor ieders probleem. Maar dit waren voornamelijk privé gesprekken, waar weinig mensen bij betrokken waren. Dit betekent dat er enkele mensen uit het publiek slechte bedoelingen hadden. Ze namen mijn toespraken op met verborgen taperecorders. Misschien zaten er ook wel camera’s verstopt in hun tassen. Sindsdien heb ik gedacht dat ze delen opnamen om deze vervolgens te verkopen, of misschien werkten ze voor iemand anders. Ik heb een paar gezichten, types, in gedachten die ik verdenk. Maar het heeft geen zin hier nu nog over te praten. We kunnen niet teruggaan in de tijd. In de wil van God schuilt goedheid. Dit is echter allemaal met voorbedachte rade en met erg slechte intenties gedaan. Het was allemaal gepland om iemand te straffen.
Die preek werd gezien als een toespraak met een onderliggende boodschap, namelijk dat u de staat van binnenuit wilde overnemen. Was dit oneerlijk?
Ik hield me destijds nog niet actief bezig met tolerantie. Tolerantie huisde in mijn ziel, in mijn aard. Een boek, getiteld 'Criteria or Lights of the Way', bestaat uit een verzameling notities die ik had gemaakt tijdens de periode dat ik beheerder was in de Kestanepazari (Moskee). Vrienden hebben die notities later stukje bij beetje gepubliceerd in tijdschriften. Mijn mutaala (studie en onderzoek) met betrekking tot de staat, de republiek en de democratie staat in die notities. Ik uitte mijn verschillende gedachten sowieso altijd op verschillende momenten, of ze nou waardevol waren of niet. In Edirne, toen ik nog jong was, heb ik, tijdens mijn preek, eens gereageerd op iemands belediging van (Mustafa Kemal) Ataturk, terwijl ik op de spreekstoel van de moskee zat. Wat ik vandaag de dag denk, en hoe tolerant ik nu ben, zo was ik destijds ook. Ik heb me altijd formeel opgesteld naar mensen. Misschien voelden de mensen zich dichtbij mij door mijn houding in het algemeen. Op de spreekstoelen uitte ik altijd mijn gevoelens. Ik heb 30 - 40 jaar gepredikt in moskees. Indien iemand een bepaalde agenda, een bepaald plan heeft, zal hij die op een dag naar buiten brengen. Ik ben nooit verhoord op grond van deze toespraken. Ik was een staatsdienaar. Ik heb zelfs nooit een kruisverhoor ondergaan op grond van de Wet van de Vervolging van Staatsdienaren. Ik heb nooit voor hoeven komen. Tijdens de periode van de krijgswet werd ik gevolgd. Dit was een periode van militair regime. Op 12 maart 1971, toen de rechtszaak achter de rug was, werd er een gratiewet in werking gesteld. Het was in handen van het rechtswezen, en ze wilden mij veroordelen. Toen ik met de aanklager sprak, zei hij: “Een paar van hen, een aantal van jullie; we proberen het in evenwicht te houden.” Hij doelde op rechts en links georiënteerden. Dit heeft in de krijgsrechtbank inderdaad plaatsgevonden. Ik kan me echter niet herinneren ooit te zijn ondervraagd met betrekking tot mijn werk.
Iedereen kwam. Een opeengepakte verzameling mensen kwam om naar me te luisteren. Ik predikte in de Suleymaniye Mosque, Sultanahmet Mosque, Fatih Mosque. 15-20 Duizend mensen kwamen hier naartoe, van alle rangen en standen. Omdat ik een bekend persoon was, namen de luisteraars de preken op, denk ik. Maar hieruit kwam niets naar voren. Indien ik iemand met een geheime agenda was, dan zou ik hier iets over hebben losgelaten. Iemand zou zich hebben versproken. Er was geen sprake van een duidelijke aanwijzing voor de beschuldigingen, zoals het willen overnemen, of het willen penetreren van de staat. Toen deze beschuldigingen aan de aanklager werden voorgelegd, lachte hij erom; “Moet de staat door deze mensen worden overgenomen?”
Ook werd er altijd over mij gepraat, en werden er dossiers bijgehouden over mij. Maar, wie waren die mensen die de staat wilden overnemen? Ik wilde dat ze een paar namen hadden genoemd. Ik wilde dat de mensen die rechtszaken hebben geopend op grond van de beschuldiging dat ik een terroristische organisatie leidde, een paar namen hadden genoemd van de betreffende leden van de organisatie. Als er twee mensen voornemens zijn om de boel te saboteren, worden er twintig in hechtenis genomen. Dit was ook het geval bij de laatste incidenten.
Iedereen om me heen kwam en ging. Alle partijleiders kwamen om te praten. Misschien hadden ze opmerkingen of verwachtingen. Ze dachten misschien dat ze sympathisanten naar hun kamp konden lokken. Ik wil geen valse beschuldigingen doen; het zou echter kunnen. Maar ze kwamen en gingen. Ze ondersteunden tevens de beschuldigingen die werden gedaan. De dingen die nooit aan het licht zijn gekomen. Vanaf het moment dat we spraken over tolerantie, was alles wat we deden gericht op het stimuleren van het onderwijs. Ik ben altijd slechts bezig geweest met het aanmoedigen. Ik wist niet eens waar de scholen werden opgezet. Op de spreekstoelen van de moskees in alle plaatsen waar ik ben geweest, heb ik gezegd: “Ga voor goed onderwijs.” Ik zei: “Voedt iedereen op. De problemen van ons land zijn: onwetendheid, ontevredenheid, het zuur maken van elkaars leven, en armoede. De oplossing voor dit alles is de rijken te leren om zich te organiseren, te leren hoe ze moeten werken.” Zelfs nu nog, wil ik dat de mensen die me bezoeken, Turkse ondernemers, hier actie ondernemen. En ik uit mijn gedachten met goede intenties; "Heb je grondig marktonderzoek gedaan, achtergrondinformatie opgevraagd? Is er sprake van directe concurrenten?” In Turkije zei ik hetzelfde. Ik zie hier een parallel in. Het kost mensen. De meerderheid van de mensen die is beschuldigd, heeft erg belangrijke dingen gedaan voor de toekomst van Turkije. Ik predikte. Duizenden mensen luisterden. Misschien zou ik degenen die het dichtst bij de spreekstoel zaten, herkennen. Ik zou ze dan niet de richting van het onderwijs hebben opgestuurd.
En wat is er verder eigenlijk verbeterd wat dit onderwerp betreft? Maken ze een georganiseerde indruk? Is er sprake van ook maar de kleinste aanwijzing die daarop duidt? Het blijkt dat de zelfde aanklager die mij destijds mijn getuigenverklaring afnam met betrekking tot een incident, ook heeft besloten dat de beschuldiging ongeldig was.
Dit was weer een soort samenzwering. En toen keerde het tij opeens volledig. Er speelden ook andere dingen. Ik treed hier niet over in detail. Er waren mensen die dat incident gebruikten om mij te chanteren. Mensen die zeiden: "Als je dit ondersteunt, of deze mening aanhangt, dan vermoorden we je." Ik ga echter geen namen noemen. Ik neem deze informatie mee in mijn graf. Wat er gebeurd is, wie wat gedaan en gezegd heeft, staat ergens opgetekend. Ik vertrouw deze documenten toe aan de geschiedenis. Op een dag, zal deze informatie naar buiten komen. Degenen die zich zo geweldig voelden, zullen dan vervuld zijn van schaamte over hun valse (hilafi vaki) verklaringen, over hoe ze zichzelf hebben verlaagd tot samenzwering, en hoe ze mensen onder druk hebben gezet. Hetgeen ze gezegd hebben, zoals: "Kan niet schelen wat je over hem vindt, zorg ervoor dat er iets is,”… Al deze dingen staan ergens geschreven, en zijn ondertekend. Iemand heeft gezegd: “Maakt niet uit wat je doet, als er niets over hem te vinden is, als hij nog nooit heeft gestolen, als er niets is wat we tegen hem kunnen gebruiken, vind dan iets over iemand die dicht bij hem staat. Richt hem, samen met die persoon, ten gronde.” Op een dag, zal iemand deze woorden in de openbaarheid brengen.
Wanneer zal dit gaan gebeuren?
Ik wacht op mijn dood. Ik heb dit aan mijn dood toevertrouwd.
Welke boeken hebt u de laatste vijf jaar gelezen? Wie heeft u bestudeerd?
Ik heb geen boeken gelezen op een systematische manier. Ik heb een aantal klassiekers gelezen. Ik heb bijvoorbeeld, samen met een enkele vrienden die hier een carrière hebben, de Muvafakat gelezen, die betrekking heeft op de methodologie van fiqh (jurisprudentie van de Islam) door Shatibi.
We proberen de kulliyat (verzamelde werken) van Hadith te lezen. Dit is wat anders; het gaat over mensen die de hadith hebben doorlopen. In vroegere tijden, volgens mij tijdens de vijfde en de zesde eeuw, werd dit gebezigd. Tegenwoordig kent niemand het meer echt. Ik heb geprobeerd om vrienden hier iets over bij te brengen. Ik nodig ze uit en laat ze wat zien op film.. De kracht en de vitaliteit van een hadith is bij deze mensen bekend. Verder zijn er boeken over het verleden en het heden van de Islamitische wereld die ergens anders zijn geschreven, en die vertaald zijn. Soms was het nodig om me tot een encyclopedie te wenden voor meer informatie. Soms moest ik zelf meer onderzoek verrichten naar bepaalde termen. Hier was ik behoorlijk druk mee.
- Aangemaakt op .