De Profeet Mohammed In De Bijbel

Bijna alle voorgaande Profeten voorspelden de Profeet Mohammed, vzmh. Ondanks de vervormingen die zij hebben ondergaan na verloop van tijd,kunnen we nog steeds aanduidingen vinden over zijn aankondiging in de Thora, Psalmen en Evangelies. Bijvoorbeeld beloofden de volgende verzen van de Thora de komst van de Profeet Mohammed, vzmh:

'De Heer zei tegen mij, Mozes: 'Wat zij zeggen is goed. Ik zal in hun midden een Profeet laten opstaan zoals gij, temidden van hun broeders. Ik zal Mijn woorden in zijn mond leggen en hij zal aan iedereen meedelen wat Ik hem heb opgedragen. Indien iemend niet naar Mijn woorden luistert, de de Profeet in Mijn naam heeft gesproken, zal Ik die Zelf ter verantwoording roepen.' (Deuteronomius, 18. 17-19)

Het is duidelijk uit deze verzen dat wat wordt bedoeld door 'een Profeet zoals gij, uit hun broeders' is een Profeet die uit de familielijn van Ismael zal komen, vermits deze de broeder is van Isaak, de voorvader van het volk van Mozes, de kinderen van Israël. De enige Profeet die uit deze lijn kwam en in vele opzichten op Mozes leek, bijvoorbeeld in het vestigen van een nieuwe wet en het voeren van oorlog tegen vijanden, is de Profeet Mohammed, vzmh. Ook in het volgende Bijbelvers (Deutoronomie, 34.12- Uitgave, Istanbul 1885) wordt duidelijk gesteld dat geen enkele Profeet zoals Mozes ooit opstond tussen de Israëlieten. 'Met betrekking tot zijn deugden en indrukwekkende daden, stond geen enkele Profeet zoals Mozes, die God heeft gekend van aangezicht tot aangezicht, opnieuw op tussen de Israëlieten.' De Qur'an verwijst naar hetzelfde feit:

'Wij hebben naar U een boodschapper gestuurd, als een getuige voor u, net zoals Wij naar Farao een Boodschapper hebben gestuurd.' (al-Muzzammil, S73, A15)

De zin: 'Ik zal Mijn woorden in zijn mond leggen en hij zal deze aan iedereen meedelen zoals Ik het hem heb opgedragen' in het betreffende vers, betekent dat de beloofde Profeet niet kon lezen en dus alleen meedeelde wat hem werd geopenbaard. God vermeldt in de Qur'an nogmaals hetzelfde feit.

'Hij spreekt niet vanuit zijn eigen verlangen. Het is een onthulde Openbaring.' (al Naijm, S53, A3-A4)

Het volgende vers verwijst achtereenvolgens naar de Profeetschappen van Mozes, Jezus en Mohammed, vzmh:

'De Heer kwam van de Sinai en daagde boven hen op vanuit Seir, Hij wierp zijn stralen vooruit vanaf de Paran berg.' (Deuteronomius, 33. 2)

Sinaï is de plaats waar de Profeet Mozes tot God sprak en de Thora ontving. Seir is een plaats in Palestina waar de Profeet Jezus de Goddelijke Openbaring ontving. Paran is waar God zichzelf aan de mensheid toonde voor de laatste keer doorheen de Openbaring aan de Profeet Mohammed, vzmh. Paran is een bergketen bij Mekka. Het wordt vermeld in de Thora (Genesis, 21. 19-21) als het gebied in de woestijn waar Hagar werd achtergelaten door haar echtgenoot Abraham, vzmh, om met haar zoon Ismael te leven. De bron van Zamzam komt in dit verhaal voor. Zoals duidelijk in de Qur'an wordt vermeldt, S14 A35-37, liet Abraham Hagar en Ismael achter in de vallei van Mekka dat toen een verlaten plaats was in de bergketen van Paran. Het vers in Deuteronomie, in overeenstemming met de Arabische versie gepubliceerd in Londen in 1944, en de Ottomaans Turkse versie in Istanbul in 1885, gaat verder:

Hij verscheen met myriaden heiligen, in zijn rechterhand verscheen aan hen het vuur van de Weg (Shari'a)

Dit vers verwijst naar de beloofde Profeet, Mohammed, vzmh, die talrijke Gezellen zou hebben in de hoogste rang van heiligheid. 'Het vuur van de Weg' (Shari'a) verwijst naar het feit dat de beloofde Profeet zou worden toegestaan en zelfs bevolen, om tegen zijn vijanden te vechten.

Jezus sprak:

'Hebt Gij nooit in de Geschriften gelezen: De steen die door de bouwers werd weggeworpen, is de hoeksteen geworden, de Heer heeft dit gedaan en het is schitterend in onze ogen? Daarom zeg ik u dat het koninkrijk van God van u zal worden weggenomen en aan een volk gegeven die zijn vrucht zullen voortbrengen. Wie op deze steen valt zal worden gebroken maar op wie deze steen valt, zal worden verpletterd.' (Mattheus, 21. 42-44)

De hoeksteen waar dit vers naar vermeld kan niet de Profeet Jezus zijn want dit vers verwijst naar de verpletterende overwinningen die de volgelingen van de 'hoeksteen' zullen behalen op hun vijanden. Geen enkel volk werd ooit in stukken gebroken of verpletterd omdat zij zich tegen het Christendom hadden verzet. Het christendom behaalde alleen een overwinning op het Romeinse Rijk nadat het zijn oorspronkelijke identiteit had verloren en zich had verzoend met het Romeinse heidendom. De Westerse wereldoverheersing werd uitgevoerd na de overwinning van het wetenschappelijke denken over een aangetaste Christelijke visie over de natuur en werd gevestigd in de vorm van een genadeloos kolonialisme. Terwijl de Islam gedurende bijna 5 eeuwen over de helft van de 'oude' wereld heerste, als een religie in zijn originele vorm en zuiverheid en vele overwinningen behaalde over zijn vijanden. In de strijd met het Christendom, had Islam steeds succes. Het is nogmaals de Islam die nu een groei beleeft zowel als een zuivere, oorspronkelijke religie én als een manier van leven en die een hoop op redding biedt voor de mensheid. Bovendien maakt de Profeet Jezus zélf een toespeling op dit feit door duidelijk te stellen dat het Koninkrijk van God van zijn volgelingen zal worden weggenomen om aan een ander volk te geven dat de vruchten zal plukken.

Ten tweede: in een belangrijk detail, opgetekend in een Hadith, zowel in de 'Sahih' van Bukhari als bij Muslim, beschrijft de Profeet Mohammed, vzmh, zichzelf als de 'hoeksteen' die het geboew van het Profeetschap voltooid. In het Johannes evangelie, belooft Jezus de komst van de Laatste Profeet en gebruikt hierbij een aantal verschillende namen:

'Maar ik zeg u de waarheid: Het is voor uw goed dat ik wegga. De Parakleet zal niet naar u komen, maar als ik wegga, zal ik hem naar u toesturen. Als hij zal komen zal hij de wereld overtuigen om spijt te hebben over de begane zonden; rechtvaardigheid en oordeel zullen worden nagestreefd.' (16. 7-8)

In deze verzen wordt naar de Profeet Mohammed vzmh, verwezen als de Parakleet. Dit is een Grieks woord dat Onderscheider tussen Waarheid en Leigen betekent. Alhoewel christelijke schriftgeleerden aan dit woord een andere betekenis geven zoals Raadgever (Gideon's International) of Helper (American Bible Society) of Trooster (the Company of the Holy Bible) en stellen dat het een verwijzing is naar de Heilige Geest, is het zelfs voor christenen onmogelijk om te bepalen of de Heilige Geest is neergedaald na Jezus en uitvoerde wat Jezus voorspelde wat deze ging doen.

Indien, volgens Christenen, de Heilige Geest de Aartsengel Gabriël is, dan kwam hij dikwijls tot de Profeet Mohammed, vzmh, om Goddelijke Openbaringen te brengen. Bovendien vermeldde en voorspelde Jezus de Parakleet met andere, verschillende namen, maar steeds met dezelfde functie, zoals uit de volgende verzen blijkt:

'Als de Parakleet komt -De Geest der Waarheid-, die van de Vader komt, dan zal hij over mij getuigen.' (Johannes, 15. 26)

'Ik heb u nog véél meer te vertellen, meer dan gij nu kunt verwerken. Maar als hij, de Geest der Waarheid komt, zal hij u allen naar de waarheid brengen. Hij zal niet uit eigen gezag spreken, alleen zeggen wat hij hoort en hij zal u vertellen wat nog gaat gebeuren. Hij zal mij eer betonen door te nemen wat van mij is en u dit laten kennen.' (Johannes, 16, 12-14)

Dit zijn slechts enkele van de vele toespelingen die de Bijbel maakt over de Profeet Mohammed, vzmh, Wijlen Hussayn Jisri vond 114 van dergelijke toespelingen en vermeldde deze in zijn 'Risalat al Hamidiya'