De geest overwint

De geest overwint

Het menselijk leven bestaat uit twee afzonderlijke krachten: de geest en het vlees. Hoewel zij soms in harmonie naast elkaar bestaan, is conflict meer gebruikelijk waarbij de een de ander verslaat. Wanneer lichamelijke begeerte uitgebreid wordt bevredigd, wordt de geest steeds zwakker en gehoorzaamt het deze begeerte. Wanneer wij het fysieke verlangen in bedwang kunnen houden, wanneer het hart (waar spiritueel intellect zetelt) het wint van de reden, en tegenstand biedt aan lichamelijke driften, zal hij of zij de eeuwigheid bereiken.

Elk stukje van een spiritueel corrupt land kan worden vergeleken met een kerkhof, ongeacht hoeveel triomfbogen en standbeelden de wegen sieren. De meeste mensen die in zulk land wonen zijn in werkelijkheid blind en ongelukkig. Een wereld die niet gebouwd is op de adem van de geest is een speelbal van menselijk geweld. Een cultuur zonder ethos die deugdzaamheid aanmoedigt is net als een boze tovenaar die de menselijkheid uit een hinderlaag aanvalt. Het kan echter onmogelijk zijn om grove, ongevoelige mensen hiervan te overtuigen, aangezien zij alleen oog hebben voor hun eigen plezier, en niet geloven dat hun leven verbonden is met het welzijn en geluk van anderen. Konden zij maar het mysterie van hun eigen dood zien, dan zouden zij het eeuwige leven van de geest bereiken.

Alleen zij die hun hart vullen met de meest verheven idealen en liefde voor de mensheid leiden een spiritueel bestaan en bereiken de eeuwigheid in zichzelf. Deze geluksvogels ontstijgen hun lichamelijke driften, die spiritueel waakzaam worden, en vinden de weg naar zelfbeheersing.

Alleen zij die zichzelf overstijgen kunnen als sterk en triomfantelijk worden aangeduid. Zij die niet in staat zijn om zichzelf te bevrijden uit hun zelfgevangenschap zullen verslagen worden, al veroveren zij de gehele wereld. We beschouwen hun succesvolle verovering van de wereld niet als een overwinning, aangezien hun permanente aanwezigheid in de veroverde landen onmogelijk is.

Napoleon, die dwaas zichzelf wereldheerser achtte, sloeg kennis en deugd in de persoon van de filosoof Molmey. Ik vraag me af of Napoleon begreep dat dit falen van de geest erger en meer vernederend was dan zijn nederlaag bij Waterloo. Mustafa Pasha uit Merzifon was van binnen verslagen voordat zijn leger nar Wenen werd geleid. Deze eerste Ottomaanse nederlaag toonde zichzelf in de geest van de opperbevelhebber en verspreidde zich verder onder zijn troepen. Hij werd onthoofd en het tot dan toe grootste leger sloeg op de vlucht. Yildirim Khan, Bayezid I, werd niet verslagen in Jubuk, maar op de dag waarop hij zijn tegenstander kleineerde en zichzelf uitriep tot wereldheerser. En zo zijn er nog vele voorbeelden…

Positieve voorbeelden zijn er echter ook. Tariq boekte succes, niet toen hij het Spaanse leger dat uit 90.000 man bestond versloeg met een handvol dappere soldaten, maar eerder toen hij bij de rijkdommen en schatten van de koning stond en zei: "Wees voorzichtig, Tariq, want gisteren was je nog een slaaf. Vandaag ben je een zegevierende commandant. En morgen lig je onder de grond." Selim I vond de wereld te klein voor twee heersers. Hij was werkelijk triomfantelijk niet toen hij sommige koningen op de troon zette en anderen onttroonde, maar juist toen hij de stad geruisloos binnenging terwijl haar mensen lagen te slapen om hun enthousiaste ontvangst en applaus te ontwijken. Hij was ook triomfantelijk toen hij eiste dat het met modder bedekte gewaad van het paard van zijn leraar over zijn kist zou worden gedrapeerd omdat het heilig was. Cato, de Romeinse commandant, was triomfantelijk en zorgde ervoor dat zijn mensen hem zich herinnerden niet toen hij de Carthagen versloeg, maar juist toen hij zijn paard en bevel overdroeg aan de Romeinse keizer. Terwijl zijn leger Carthago, de hoofdstad van de vijand en rivaal van Rome, triomfantelijk binnendrong, zei hij tegen de keizer: "Ik heb gevochten om mijn land te dienen. Nu zit mijn taak erop en keer ik terug naar mijn dorp."

Het opofferen van werelds genot betekent voor de menselijke vooruitgang hetzelfde als de wortels die nodig zijn voor het groeiproces van bomen. Zoals een boom gezond en sterk wordt dankzij goede wortels, ontwikkelt de mens zich tot een perfect wezen die probeert zichzelf van egoïsme te bevrijden om voor anderen te kunnen leven. Een heilige hymne wijst op de overwinning van de geest: "Ik heb in ruim 80 jaar geen werelds genot gekend. Al mijn leven heb ik doorgebracht op slagvelden, in gevangenschap, en op verschillende pijnlijke plaatsen. Ik heb elke kwelling gevoeld, elk vorm van onderdrukking meegemaakt. Ik geef niet om het Paradijs, en vrees de Hel niet. Wanneer ik zie dat het geloof van veel mensen veilig is, zal ik het niet erg vinden om in de vlammen van de Hel te branden, want mijn hart zal in een roos en een rozentuin veranderen zelfs wanneer mijn lichaam wegbrandt."

De gekroonde hoofden van de toekomst zullen die geluksvogels zijn die gelukzaligheid hebben bereikt door de overwinning van de geest.